15 juni 2018 – Ruim de helft van de Nederlandse vrouwen met een postnatale depressie (PPD) vindt het moeilijk hierover te praten. Dat blijkt uit onderzoek van het ministerie van Volksgezondheid, dat donderdag een campagne begint om het onderwerp beter bespreekbaar te maken. De vrouwen zijn onder meer bang dat anderen hen als slechte moeder zien als ze om hulp vragen, of dat ze een ander daarmee belasten, zo meldt NU.nl.
Voor de naasten van een vrouw met PPD blijkt het ook een lastig onderwerp. Bijna de helft gaf aan liever te wachten tot de vrouw het onderwerp aansnijdt. Ze zeiden bang te zijn de vrouw te kwetsen als ze erover zouden beginnen, terwijl de helft van de vrouwen in het onderzoek juist aangeeft het fijn te vinden als iemand anders de eerste stap zou zetten.
De partner is voor de meeste vrouwen de aangewezen persoon om over het onderwerp te praten: zo’n twee derde van de ondervraagden deed dat.
Postnatale depressie
Na de bevalling kunnen vrouwen last krijgen van kraamtranen, ook wel de baby blues genoemd. Door hormoonschommelingen en uitputting zijn kersverse moeders overgevoelig, prikkelbaar en verdrietig. Bij de meeste vrouwen verdwijnen deze gevoelens vanzelf, maar bij vrouwen met een postnatale depressie is dat niet het geval. Ze ontwikkelen een depressie en voelen zich onder meer somber, vermoeid, angstig, of schuldig.
Geen roze wolk voor 1 op de 8 bevallen vrouwen
Spotjes
Het ministerie van Volksgezondheid voerde een onderzoek uit onder 500 vrouwen met een postnatale depressie en duizend mensen die iemand kennen met zo’n depressie.Staatssecretaris Paul Blokhuis wil met de campagne het onderwerp uit de taboesfeer halen, onder meer met spotjes op radio en televisie. “Het is heel belangrijk dat professionals hier aandacht voor hebben”, zegt hij.
“Maar zeker zo belangrijk is dat net bevallen moeders en hun naasten erover durven te praten. Je bent geen slechte moeder als je niet op een roze wolk zit.”
Bron: nu.nl / nos.nl/ persbericht
Dit bericht is 3848 keer gelezen.