Driekwart ggz-professionals wil aan de slag met destigmatisering

Facebooktwitterlinkedinmail

3 februari 2020 – Mensen met een langdurige psychische aandoening worden vaak gestigmatiseerd. Ook binnen de ggz. Dat blijkt uit een enquête onder leden van het panel Psychisch Gezien. Hulpverleners zien dit als een groot probleem en willen aan de slag met destigmatisering.

628 leden van het panel Psychisch Gezien (dat bestaat uit circa 1500 mensen met een langdurige psychische aandoening) beantwoordden de enquête. Van hen ervaarde driekwart de afgelopen twee jaar stigma, vooral zelfstigma en stigmatisering door naasten. Dit heeft een negatieve impact op hun zelfbeeld en zelfvertrouwen, de sociale contacten, het herstel en de kwaliteit van leven.

Helft ervaart stigma binnen de ggz
Ruim de helft van het panel heeft te maken gehad met stigmatisering in de ggz. Zij ondervinden hiervan nadelige gevolgen op hun zelfbeeld en het gevoel van vertrouwen in het eigen kunnen en de hoop​ voor de toekomst. De afstandelijke houding en het taalgebruik van hulpverleners (betuttelend/beschermend) worden het vaakst genoemd. Een kwart van de panelleden met stigma-ervaringen in de ggz heeft hier nooit met iemand over gesproken. Ruim een derde heeft het met de betreffende hulpverlener zelf besproken.

Nog geen gespreksonderwerp in teams
Ook 471 hulpverleners zijn bevraagd. Wat opvalt is dat hulpverleners stigmatisering als een groter probleem ervaren dan cliënten: hulpverleners geven gemiddeld een 6,7 en panelleden een 5,4 (1=geen probleem, 10=groot probleem). Ze geven aan dat stigmatisering nog geen regelmatig terugkerend gespreksonderwerp is binnen het team, maar ongeveer de helft van de hulpverleners verwacht dat er binnen het team zeker bereidheid is om met destigmatisering aan de slag te gaan. De eigen bereidheid is veel groter: bijna driekwart wil zelf actief met destigmatisering aan de slag gaan.

Driekwart ggz-professionals wil aan de slag met destigmatiseringGezien de vele negatieve gevolgen zou stigmatisering een vast aandachtspunt moeten zijn binnen begeleidingsgesprekken en in casuïstiekbesprekingen. Daarnaast is reflectie op en uitwisseling over het eigen handelen binnen het team essentieel. Dit kan bijvoorbeeld binnen moreel beraad bijeenkomsten of met behulp van interventies zoals de e-learning Destigmatiserend werken, Beyond the Label en Bij nader inzien.

Bron: trimbos.nl 

Dit bericht is 3085 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail