Drie eyeopeners bij ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid in beleid

Facebooktwitterlinkedinmail

22  juni 2024 – Marc Mulder en Karin Sok van Movisie gaan geregeld op pad om workshops te geven over ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid. Opvallend is dat de kwartjes vaak op dezelfde momenten vallen. ‘Meestal gaan op drie momenten de ogen open.’

Steeds meer beleidsmakers, ook bij ministeries, willen ervaringskennis benutten. Ze willen dichterbij de leefwereld van mensen komen en meer inzicht krijgen in de gevolgen van hun beleid. Om dat proces op gang te helpen geven senior ervaringsdeskundige Marc Mulder en programmaleider en adviseur Karin Sok de laatste tijd vaak workshops. ‘We beginnen zo’n sessie altijd bij het begin’, vertelt Sok: ‘Dan leggen we uit wat de verschillen zijn tussen ervaringen, ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid.’

‘Voor lotgenoten heeft de herkenning waarde. En voor de persoon die het verhaal deelt is de erkenning waardevol.’

Genuanceerd verhaal
Dan is een genuanceerd verhaal, zegt Mulder. ‘Laat ik beginnen bij ervaringen, en de waarde die het delen daarvan heeft, op verschillende manieren. Het laat ten eerste zien waar mensen tegenaan lopen in het leven en wat er mis gaat. Daarnaast agendeert en illustreert het de noodzaak om er wat aan te doen, omdat invoelbaar wordt wat mensen meemaken en hoe het is om in een bepaalde situatie te verkeren. Voor lotgenoten heeft de herkenning in het verhaal waarde. En voor de persoon die het verhaal deelt is de erkenning van het belang van de ervaring waardevol.’

Betekenis
Ervaringen worden ervaringskennis als iemand erop reflecteert, vervolgt Mulder. ‘Bijvoorbeeld als iemand zich afvraagt wat hij op een bepaald moment voelde en hoe dat zijn keuzes beïnvloedde. Iemand kan de overtuiging hebben dat hij in het verleden onverstandige keuzes heeft gemaakt, of te weinig heeft gedaan om uit een situatie zoals armoede te komen. Maar door er op terug te kijken ziet hij misschien dat hij wel heeft geprobeerd om afspraken te maken met schuldeisers, maar dat die niet meewerkten. Door erop te reflecteren krijgen ervaringen betekenis.’

Eerste kwartje
‘Op het moment dat dit onderscheid goed doordringt, valt vaak het eerste kwartje’, weet Sok inmiddels. ‘Deelnemers zeggen dan: ‘O wacht eens even, ik hoorde tot nu toe steeds alleen ervaringen. Maar daarmee krijg ik dus niet de kennis die nodig is voor verbeteringen in het beleid.’ Om wel die benodigde kennis te verkrijgen en om te voorkomen dat beleid op basis van een enkel verhaal (n=1) aangepast wordt, is het nodig om meerdere ervaringen bij elkaar te brengen. Groepsgewijs reflecteren kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld in een ervaringsraad zoals de denktank van gemeente Rhenen. Als iemand in staat is diens ervaringskennis in te zetten om lotgenoten, onderzoekers, organisaties of beleidsmakers te helpen, is er sprake van ervaringsdeskundigheid.

Ontsluiten
Collectieve ervaringskennis ontsluit universele en dieperliggende problemen zoals de eenzaamheid of machteloosheid die ermee gepaard gaan, legt Mulder uit. ‘Daardoor kan bij beleidsmakers het inzicht groeien dat mensen machteloos zijn om hun financiële problemen zelf op te lossen. Omdat die bij hun pogingen steeds benadeeld worden door de wet- en regelgeving. Bijvoorbeeld: als een mantelzorger intrekt bij de zorgvrager, dan geldt de kostendelersnorm en volgt er een korting op de bijstandsuitkering. Of als iemand werk gevonden heeft en er na een tijdje achter komt dat hij er financieel op achteruit gaat. Door de korting op de toeslagen en het vervallen van de kwijtschelding van gemeentelijke belastingen is hij in de armoedeval terecht gekomen.’

‘Als je je wilt verdiepen in de leefwereld van iemand in armoede, is het misschien een goed idee om een paar dagen mee te lopen bij de voedselbank.’

Geen helder antwoord
De tweede eyeopener tijdens een workshop dient zich meestal aan als Sok de vraag voorlegt wat de deelnemers willen bereiken met de inzet van ervaringsdeskundigheid. ‘Vaak realiseren ze zich op dat moment dat ze daar geen helder antwoord op kunnen geven. De wil om ervaringskennis of -deskundigheid in te zetten is er zeker. Maar pas als je helder hebt wat je ermee wilt bereiken, kun je bepalen wat de beste manier is om het in te zetten.’ Als je je wilt verdiepen in de leefwereld van iemand in armoede, is het misschien een goed idee om een paar dagen mee te lopen bij de voedselbank. Wil je een groep ervaringsdeskundigen samen laten reflecteren op een specifieke vraag, dan kun je beter een sessie met ervaringsraad of klankbordgroep organiseren en als je behoefte hebt aan iemand die doorlopend de leefwereld naar voren brengt, dan is een ervaringsdeskundige in dienst nemen wellicht de beste optie.

Oprecht anders
Meestal duurt het dan niet lang meer tot het derde kwartje valt, vervolgt Sok. ‘Dat is namelijk het besef dat ervaringskennis serieus nemen met zich mee brengt dat er echte veranderingen nodig zijn. Het is niet iets dat je toevoegt aan bestaande processen, het is geen trucje. Je moet dingen oprecht anders willen doen.’ Wil je ervaringskennis optimaal benutten, dan is het bovendien niet iets eenmaligs, voegt Mulder toe. Idealiter wordt ervaringsdeskundigheid in de gehele beleidscyclus ingezet. ‘Nieuw beleid ontstaat altijd door een samenspel van meerdere krachten, ook financiële en politieke. Als beleidsmaker ken je waarde toe aan de verschillende bronnen van kennis en daar laat je je door sturen.’

‘Als iemand een Stadspas gebruikt in een winkel of bij een activiteit, dan wordt die persoon direct anders behandeld.’

Ongewenste bijeffecten
Een vraag die je volgens Mulder altijd moet stellen aan ervaringsdeskundigen is hoe beleid uitpakt in het dagelijks leven. Zonder deze ervaringskennis kun je geen goede afweging maken en valt nieuw beleid niet goed uit te leggen. Dit helpt te voorkomen dat goedbedoeld beleid ongewenste bijeffecten heeft. Mulder brengt dit in verband met stigma en uitsluiting, twee gevolgen van armoede. ‘Veel gemeenten hebben een Stadspas als onderdeel van hun minimabeleid. Zo’n pasje heeft zeker voordelen. Maar als iemand zo’n pasje gebruikt in een winkel of bij een activiteit, dan wordt die persoon direct anders behandeld. Dat je zo’n pasje maakt is belangrijk, maar de manier waarop je het organiseert is van invloed op het leven van mensen. De inzet van ervaringsdeskundigheid helpt dan om helder te maken dat een stadspas uitsluiting tegen kan gaan, maar tegelijkertijd stigmatiserend werkt.’ Ervaringsdeskundigen kunnen vervolgens meedenken over voorgestelde verbeteringen door te vertellen hoe zij verwachten hoe deze ideeën uitpakken voor inwoners.

Overlap
Tijdens de workshops geven Sok en Mulder ook uitleg over de verschillen tussen ervaringskennis en belangenbehartiging en adviesraden sociaal domein. ‘Over deze drie begrippen is best wat verwarring, en dat is begrijpelijk, want het overlapt elkaar soms ook’, stelt Sok. ‘Belangenbehartiging gaat vooral over het agenderen van dingen die misgaan, dus om de urgentie van problemen door te laten dringen. Ervaringsdeskundigen werken ook vanuit die bron van urgentie, maar als beleidsmakers er eenmaal van overtuigd zijn dat er verbetering nodig is, dan is vervolgens de diepere ervaringskennis nodig om te kunnen zien wat en hoe het anders moet en om onbedoelde gevolgen te voorkomen.’ Kijk maar naar het voorbeeld van de Stadspas, vult Mulder aan.

Over het onderscheid met adviesraden zegt hij tot slot: ‘Een belangrijk verschil is dat in adviesraden ook mensen zonder ervaringskennis zitten. Bovendien zijn de adviesraden formeel georganiseerd. Ze worden binnen vaste kaders en op gezette momenten in de beleidscyclus ingezet. Zij zijn gericht op invloed en zeggenschap en niet op kennis ontsluiten.’ Ervaringskennis vormt een belangrijke basis voor beleid, naast wetenschap en andere kennisbronnen, doordat het heel directe kennis geeft over de gevolgen van beleid voor de inwoner. Het is aan de politiek, adviesraden en andere vormen van inspraak en zeggenschap om deze bron van kennis te ontsluiten en optimaal te benutten.

Bron: movisie.nl

Dit bericht is 651 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail