3 januari 2019 – Wat als de wereld zou stoppen met het zien van autisme als abnormaal? Veel mensen met het Asperger-syndroom of autisme omhelzen hun toestand. Ze zoeken respect voor ‘neurodiversiteit’, geen behandeling.
Toen Dawn-joy Leong op veertig jarige leeftijd werd gediagnosticeerd met het Asperger-syndroom had ze het gevoel dat er iets ontbrak. De beschrijving was te pathologisch, te geconcentreerd op de gebreken. Alles wat ze van zichzelf waardeerde, inclusief hoe ze de wereld zag – patronen binnen patronen – werd een tekortkoming genoemd.
Ze dacht niet dat ze een handicap had. Ze heeft uitdagingen, zeker: in een drukke kamer zijn, is als het ervaren van een Wagner-opera, een bombardement van geluid vanuit elke richting. Ze is liever ergens waar het stiller is, waar ze gesprekken kan onderscheiden, alsof ze de harmonieën van een vierdelig Bach-stuk uitkiest.
In haar onderzoek kwam ze voor de eerste keer ‘neurodiversiteit’ tegen. Een radicaal eenvoudig concept, bedacht door de Australische socioloog Judy Singer in de jaren negentig, stelt dat neurodiversiteit verklaart dat aandoeningen zoals autisme natuurlijke hersenvariaties zijn, en geen hersenaandoeningen.
“Meer weten over neurodiversiteit veranderd mijn leven”, zegt Leong. “Ik was niet ziek. Het is gewoon een neurologisch verschil. Het is net alsof je een Mac-computer hebt terwijl andere mensen Windows gebruiken. ”
Ze stopte met het gebruik van labels als ‘hoogfunctionerend’ en ‘laagfunctionerend’. Ze definiëren iemands capaciteiten aan de hand van hoeveel ze “neurotypisch” gedrag kunnen nabootsen – de naam die wordt gegeven aan mensen met neurologisch veel voorkomende hersenen.
Autisten ervaren de wereld anders. Mensen noemen haar hoogfunctionerend en zeggen: “Je lijkt niet autistisch! Je bent zo normaal! ” Dat wekt irritatie: “Het is geen compliment. Voor mij is het hetzelfde als zeggen: ‘Je lijkt geen Chinees te zijn, je bent zo Westers!’ ”
Orgineel en uitgebreid artikel : sms.com.au
Dit bericht is 40148 keer gelezen.