29 oktober 2024 – De Tweede Kamer debatteerde op 23 en 24 oktober over de begroting voor VWS. Na het verslag van de Nederlandse ggz over deel een van dit debat, hierbij het tweede deel. Daarin gingen minister Agema en de staatssecretarissen Karremans en Maeijer in op vragen van Kamerleden over onder meer ggz, preventie en de bezuinigingen binnen de zorg.
Schriftelijke antwoorden en amendementen
Veel van de vragen die de kamer in de eerste termijn had gesteld, waren schriftelijk al beantwoord. Ingediende amendementen werden vooraf door de bewindspersonen van een advies voorzien (geapprecieerd).
GGZ en wachttijden
Staatssecretaris Karremans reageerde -slechts zeer kort- op de zorgen over lange wachttijden in de ggz, wat bij diverse Kamerleden tot teleurstelling leidde. Hoewel de doelstelling is om wachttijden in 2026 terug te brengen tot vijf weken, erkende Karremans dat dit uitdagend zal zijn. Er wordt gewerkt aan een agenda met meetbare doelen om de wachttijden inzichtelijk te maken, maar concrete stappen zijn nog beperkt. Deze aarzelende houding zorgt dat dit belangrijke onderwerp nog onduidelijk blijft, tot onvrede van enkele fracties.
Preventiebeleid en bezuinigingen
Ook het preventiebeleid kwam opnieuw aan bod. Minister Agema lichtte toe dat de subsidietaakstelling (forse bezuinigingen op subsidies voor onder meer preventie) noodzakelijk is om te voldoen aan de budgettaire kaders, ondanks dat het pijnlijke keuzes. Agema riep Kamerleden op begrip te tonen voor de financiële verantwoordelijkheid die het ministerie draagt.
Stagefonds en arbeidsmarkt
Tijdens het debat was er kritiek op de bezuinigingen op het stagefonds, met name van Kamerleden die zich zorgen maken over het tekort aan stageplekken in de zorg. Diverse sectoren (opleiders zoals Mbo en Hbo’s, maar ook de zorgsector -inclusief de Nederlandse ggz-) hebben Kamerleden meegegeven dat deze maatregel funest is voor het kunnen opleiden van de zo hard nodige nieuwe zorgverleners.
Minister Agema verdedigde de bezuiniging door op onderzoek van de Rekenkamer te wijzen. Die stelt dat het huidige stagefonds niet voldoende doeltreffend blijkt voor het creëren van meer stageplekken. Het veld is het echter niet eens met die duiding en conclusie.
Agema stelt dat in plaats van het fonds een nieuwe regeling van 40 miljoen euro wordt opgezet. Die heeft als doel het verbeteren van vakmanschap en werkplezier binnen de zorgsector. Deze keuze stuitte echter op weerstand; diverse Kamerleden vrezen dat specifieke sectoren hierdoor tekort worden gedaan. De minister benadrukte dat de arbeidsmarkt een prioriteit blijft en dat het nieuwe fonds beter moet aansluiten op de behoeften van de zorgsector. Wij blijven als branchevereniging samen met andere sectoren onze grote zorgen uiten over deze maatregel.
Aantoonbaar effectieve preventie
Het kabinet wil een beperktere hoeveelheid middelen inzetten voor preventie en daarom expliciet insteken op aantoonbaar effectieve preventie. Terwijl essentiële programma’s zoals bevolkingsonderzoeken en vaccinaties behouden blijven worden in 2025 bezuinigingen doorgevoerd op veel andere onderdelen.
Nieuwe preventiestrategie
De nieuwe preventiestrategie, die in het eerste kwartaal van 2025 gepresenteerd wordt, moet leiden tot een gezonde generatie in 2040. Ook op dit vlak dus pas later duidelijkheid, hoewel één ding wel helder wordt: de bezuinigingen gaan door en zullen impact hebben op preventie en onderzoek (ook op het vlak van mentale gezondheid).
Vervolg
De komende tijd zal het ministerie werken aan verdere uitwerkingen van de plannen. Denk daarbij aan de doorlichting van regelingen en extra maatregelen om regeldruk en administratietijd te verminderen.
Over de ingediende moties wordt op dinsdag 5 november gestemd;
Over amendementen en de gehele begroting wordt in de week van 2 december gestemd.
De Nederlandse ggz volgt de ontwikkelingen op de voet en onderhoudt contact met de Kamerfracties.
Het volledige tweede deel van het debat is hier terug te kijken.
Bron: denederlandseggz.nl
Dit bericht is 312 keer gelezen.